Irene Kingma staat op plek 6 van de lijst.
Wie ben ik?
Ik ben Irene Kingma en ik woon op de Hobbemakade. In 1995 ben ik in Amsterdam komen wonen om biologie te gaan studeren aan de UvA en nu, bijna 20 jaar later, kan ik me nog steeds geen leukere plek om te wonen voorstellen.
Je weet vast dat bijna 70% van het aardoppervlak uit oceanen bestaat en dat die worden bewoond door ontelbare dieren en planten. Toch is nog geen 1% van de oceanen beschermd gebied. In mijn werk voor OCEAN2012 probeer ik het leven in oceanen te beschermen.
De afgelopen jaren heb ik gewerkt aan campagnes om de haaienstand op peil te houden, het stoppen van illegale visserij en het tegengaan van overbevissing. Op dit moment werk ik aan bescherming van de extreem kwetsbare ecosystemen in de diepzee. Visserijwetgeving is een EU verantwoordelijkheid, vandaar speelt mijn werk zich voornamelijk afspeelt in Brussel.
Waar ken je me van?
Omdat ik twee kleine kinderen heb, van 4 en 1, ben ik grootverbruiker van alles wat het stadsdeel op dit gebied te bieden heeft. De kinderboerderij in de Pijp (geweldig dat die nu zonnepanelen krijgt), de speeltuin in het Sarphatipark en in de zomer het badje in het Beatrixpark. Geweldig! Dus als je daar ook wel eens te vinden bent is de kans groot dat we elkaar tegenkomen.
In GroenLinks ben ik al een tijdje actief in de Europa Werkgroep en ik heb dit jaar de leergang ‘Zin in GroenLinks Amsterdam’ gevolgd. Een echte aanrader voor als je overweegt actief te worden binnen de partij.
Waarom meldde ik me voor de bestuurscommissie?
Ik ben iemand die positief en oplossingsgericht in het leven staat, ik geloof in eenvoudige oplossingen. Dit is ook wat mij aantrekt in het werk van de bestuurscommissie, daar moet het beleid dat uitgezet wordt door de gemeenteraad concreet gemaakt worden. De bestuurscommissie kan zo het verschil maken tussen mooie ideeën alleen, of echte merkbare verbeteringen voor Amsterdammers.
Hoewel het misschien lijkt dat Europese visserijwetgeving niks van doen heeft met plaatselijke politiek zie ik juist grote overeenkomsten. In mijn werk richt ik mij op het vinden van praktische oplossingen voor concrete problemen. Alleen op die manier kun je waarmaken dat je daadwerkelijk de situatie verbetert, en niet blijft hangen in goede bedoelingen en wollig taalgebruik. Ik zal met mijn praktische aanpak Rocco en Fem met alle plezier vooruit helpen als ze mijn hulp kunnen gebruiken.